Vanaf 2024 zijn werkgevers met meer dan 100 werknemers verplicht om
jaarlijks een rapportage in te dienen over het zakelijke verkeer en het
woon-werkverkeer van medewerkers, in het kader van het Besluit CO₂-reductie
werkgebonden personenmobiliteit.
Deadline aanlevering
De rapportage over het jaar 2024 moet uiterlijk 30 juni 2025 worden aangeleverd via het loket van de RVO (Rijksdienst voor Ondernemend Nederland).
Om klanten te
ondersteunen, hebben wij een rapportage in SDB Salaris beschikbaar gesteld onder [ Overzichten | Werkgebonden personenmobiliteit]. Om deze in te zien heb je de bevoegdheid 'Salaris | Resultaten | Werkgebonden personenmobiliteit' nodig.
Voor deze rapportage maken we gebruik van de vaste loonfactoren die betrekking hebben op reiskosten, te weten:
Uitgangspunt bij de rapportage is dat de kilometers zijn ontstaan in de periode waarop ze uitbetaald zijn. Op basis van het vervoermiddel in de basisgegevens van medewerker: (gewerkte dagen – thuiswerkdagen) * km’s woon-werk * 2.
·
Wanneer er geen vervoersmiddel is gekozen in de
basisgegevens worden de woon-werk kilometers in de rubriek “Onbekend” getoond. Een nieuw ingevuld hoofdvervoersmiddel wordt meegerekend vanaf de ingangsdatum van de HR mutatie of de periode van de Salaris mutatie. Indien dit eerder in moet gaan, kan er in SDB Salaris een herreken mutatie worden opgegeven, binnen de actuele jaargang.
· Per bromfietsdag aangeleverd op LF 338 wordt er
16,4 km geteld bij Bromfiets benzine.
Per fietsdag aangeleverd op LF 339 wordt er 7,2
km geteld bij (e-)Fiets of lopen.
·
Wanneer in een periode zowel “kilometers naar de
cliënt” op LF 337 (eerste 10 km) als kilometers op LF109 (het meerdere boven
10km) aangeleverd worden, worden al deze kilometers als woon-werkkilometers
beschouwd. Deze worden getoond bij het vervoermiddel uit de basisgegevens van de
medewerker.
Hierop wordt een uitzondering gemaakt indien het vervoermiddel in de
basisgegevens van de medewerker (e-)fiets of lopen, Bromfiets/scooter benzine,
Bromfiets/scooter elektrisch, openbaar vervoer of onbekend is. In deze gevallen
worden de kilometers onder Auto benzine gerubriceerd.
De gegevens worden opgehaald uit de verloning, waarbij de opgegeven meetperiode wordt gebruikt. De telling gebeurt op basis van loonfactoren met een indicatie voor reiskosten. Hierbij gelden de volgende waarden:
Let op: de indicatie voor de loonfactor is een jaar gebonden gegeven.
Je kunt via Beheer > Organisatie > Loonfactoren zien bij welke loonfactoren deze indicatie voor 2025 is ingesteld. Gebruik het filter "Woon-werk" en vul de waarden 3 (woon-werk) en 4 (zakelijk) in.
De geregistreerde kilometers worden gekoppeld aan het hoofdvervoermiddel dat voor de medewerker is ingesteld in de verloonde periode.
Indien de medewerker een reiskostenvergoeding ontvangt, worden deze kilometers aanvullend berekend en bij de gegevens uit stap 1 opgeteld. De gebruikte berekening is:
(Aantal gewerkte dagen – thuiswerkdagen) × woon-werkkilometers × 2 = woon-werkafstand
Ook deze kilometers worden geregistreerd op het hoofdvervoermiddel van de medewerker in de betreffende verloonde periode.
Omdat in de verloning nog geen rekening wordt gehouden met een afwijkend vervoermiddel bij declaraties, voert HR een correctie uit. Declaraties waarbij een ander vervoermiddel is opgegeven dan staat ingesteld in de basisgegevens, worden gecorrigeerd.
De kilometers worden afgetrokken van het vervoermiddel in de basisgegevens en opgeteld bij het vervoermiddel dat in de declaratie is opgegeven.