Jouw Omgeving kent een gelaagde rollenstructuur die het mogelijk maakt om een netwerk te creëren rondom een cliënt waarin mensen alleen participeren op de onderwerpen die voor hen relevant zijn.

Binnen Jouw Omgeving zijn er vier verschillende autorisaties. Per gebruiker leg je een verbinding ten opzichte van een andere gebruiker, ook wel een relatie genoemd. De combinatie van een rol en een relatie bepalen de mate van autorisatie van een gebruiker. Je kan directe relaties leggen en groepsrelaties.

Om fouten te voorkomen tijdens het leggen van directe relaties, gelden er de volgende regels:

• Regel 1: (Standaard) rol toekennen aan een gebruiker (de rollen die toegekend zijn worden getoond in de functionele beheeromgeving onder het tabblad ‘Relaties’

• Regel 2: Gebruikers met de rol CLIENT mogen een directe relatie leggen met elke rol behalve de rol CLIENT

• Regel 3: Gebruikers met de andere mogelijke rollen mogen alleen een directe relatie leggen met een gebruiker met de rol CLIENT

Gecentraliseerd netwerk rondom een cliënt

Bovenstaande regels zorgen ervoor dat er een gecentraliseerd netwerk ontstaat, waarin de persoon met de rol CLIENT altijd in het midden van het netwerk staat. Dit maakt het mogelijk dat:

• Iedereen in het netwerk van CLIENT elkaar berichten kunnen sturen 

• Iedereen in het netwerk van CLIENT kan zien welke personen rondom de CLIENT betrokken zijn

• Er altijd rondom een CLIENT gecommuniceerd, gewerkt en gerapporteerd wordt

Zie hieronder de casus van Joost als voorbeeld

In Jouw Omgeving worden gebruikers en de rechten die ze hebben, dus gedefinieerd door de rollen die ze toegewezen krijgen. De administrator van een organisatie kan een overzicht bekijken van de rollen die worden gebruikt binnen jullie installatie.

Voorbeeld: een ouder krijgt de autorisatie GUARDIAN, maar kan afhankelijk van zijn of haar relatie tot de cliënt de relatie Vader of Moeder krijgen.

Autorisaties worden altijd aangeduid in hoofdletters, rollen volgen de gebruikelijke spellingsregels.

De soorten Autorisaties staan vast en kunnen niet worden gewijzigd door een admin. De admin is wel degene die de lijst met rollen met bijbehorende autorisatie en relatie aanmaakt en beheert.

De Autorisatie die een persoon krijgt ten opzichte van de cliënt, bepaalt welke rechten deze gebruiker heeft. Een GUARDIAN mag bijvoorbeeld beloningen toekennen aan een CLIENT, een EXTERNAL mag dat niet.

Autorisaties

Beheer / admin 

1. ADMINISTRATOR
   • Een admin is de functioneel beheerder van Jouw Omgeving.
   • Beheert en onderhoudt Jouw Omgeving vanuit de admin-omgeving.
   • Heeft inzage in rollen van en relaties tussen gebruikers van Jouw Omgeving.
     
     
2. MANAGEMENT
   • Personen met inzage in het gebruik van Jouw Omgeving zonder betrokkenheid bij behandelinhoudelijke zaken
   • Heeft inzage in de analytics van Jouw Omgeving: Hoeveel actieve cliënten zijn er? Hoeveel hulpmiddelen worden ingezet? Welke protocollen zijn er gestart?
   • Heeft geen inzage in persoonlijke gegevens van gebruikers

Eindgebruikers

1. CLIENT
   • Gebruiker die een behandeling volgt, deelnemer is, begeleiding van een wijkteam ontvangt of het cliëntportaal gebruikt
   • Kan gebruikmaken van verschillende functionaliteiten en/of behandelmodules die op hun dashboard zijn klaargezet door admin en hulpverlener
   • Kan contact opnemen met alle gekoppelde personen via de verschillende communicatiekanalen die Jouw Omgeving biedt
     
     
2. COUNSELOR(_PLUS)
   • Geeft vorm aan de behandeling, begeleiding of hulpverlening van de cliënt
   • Heeft volledige inzage in behandelinhoudelijke informatie van de cliënt
   • Kan hulpmiddelen, werkpunten en acties klaarzetten voor de cliënt
   • Kan de cliënt toegang verlenen tot dieper liggende pagina's binnen behandelprogramma's
3. COUNSELOR_PLUS
   • Heeft dezelfde rechten als COUNSELOR
   • Hulpverlener met zorgregie (alleen indien Dossier wordt gebruikt)
     • Plus: Kan de status van dossierformulieren aanpassen
       
       
4. GUARDIAN
   • Ouder of voogd met gezag en/of bewindvoerder van de cliënt.
   • Heeft alleen inzage in doelen van het Werkplan waar ze aan gekoppeld zijn.
   • Volledige inzage in het dossier van de cliënt (alleen indien Dossier wordt gebruikt)
   • Kan altijd meekijken in algemene rapportages, maar geen doelen en acties aanmaken voor de cliënt
   • Heeft meestal geen inzage in (behandel)modules van de cliënt. Lees hier meer over inzage in modules
   • Kan contact opnemen met cliënt en alle andere gekoppelde personen aan de cliënt via de verschillende communicatiekanalen die Jouw Omgeving biedt
     
     
5. EXTERNAL
   • Diverse soorten betrokkenen, bijvoorbeeld een voetbalcoach of leraar en hulpverleners van een andere organisatie. Een (stief)vader of -moeder kan ook als externe worden ingezet.
   • Heeft in sommige gevallen inzage in delen van de behandeling, waarvoor ze door de cliënt of hulpverlener zijn uitgenodigd
   • Kan contact opnemen met cliënt en alle andere gekoppelde personen aan de cliënt via de verschillende communicatiekanalen die Jouw Omgeving biedt